Flora en fauna
Door de beschutting en bescherming die de kilometers gevlochten meidoorn- en sleedoornstruiken bieden, komen in De Maasheggen veel bijzondere en soms zelfs met uitsterven bedreigde dier- en plantensoorten voor.
Zowel de bever als de das gedijen uitstekend in het gebied. Net als grote groepen kramsvogels en koperwieken, die in het najaar vanuit het koude noorden neerstrijken op de takken van de meidoorns. Die takken hangen dan omlaag door het gewicht van de vele rode bessen. Ook de zwarte roodstaart laat zich graag zien in de Maasheggen. De oude knoesten in meidoornstam- men en knotbomen zijn, ook voor de steenuil, ideaal om in te nestelen.
Leven in de Maasheggen!
De monumentale meidoorn- en sleedoornstruiken kunnen enkele eeuwen oud worden, ook omdat de soorten in het gebied zeer goed bestand blijken te zijn tegen ziektes. Er komen meer dan veertig variëteiten van de struiken voor. In maart en april verschijnt een indrukwekkende massa van bloesem aan de kale takken, in kleuren van zuiver wit tot donkerroze. Een andere prachtige kleur die je in het gebied veel ziet is het rood van de vruchten van de wilde kardinaalsmuts.
De drinkpoelen in de weilanden zijn niet alleen belangrijke waterbronnen voor het vee, ze zorgen ook voor een grote diversiteit in soorten padden, kikkers en salamanders. Deze amfibieën, die in de heggen wonen, leggen in het voorjaar in de poelen hun eitjes. De meest kenmerkende is de kamsalamander die zeer zeldzaam is. Ze hebben in het voorjaar een getande rugkam. Deze ietwat angstaanjagende uitstraling staat in contrast met de vele prachtige vlinders die in de Maasheggen voorkomen. Bijvoorbeeld het oranjetipje, dat zijn nectar vindt in de pinksterbloemen.